Oude Houtensepad voorheen Houtense Zandweg
Rondom Utrecht waren in het verleden diverse tolwegen zoals het Oude Houtensepad vroeger Houtense Zandweg geheten. Deze weg was een belangrijke ontsluitingsweg naar het zuidelijke deel van de provincie Houten en Schalkwijk. Het was daarom een tolweg, met een bijbehorende karakteristieke tolwachterswoning.
Tolwegen zijn zo oud als de weg naar Rome. De Romeinen gebruikten de tolopbrengsten voor het onderhoud en de verbetering van de wegen. In de loop der tijd werd het oorspronkelijke doel van de tolheffing steeds meer uit het oog verloren. De tollen bleven, maar de inkomsten werden voor andere zaken dan voor het onderhoud en de verbetering van de wegen gebruikt.
In 1811 schafte Napoleon de tolheffing af maar vijf jaar later voerde koning Willem I de tolheffing weer in. De tolheffing en de onderhoudsplicht van de wegen, kwamen in handen van de landeigenaren. Om wildgroei te voorkomen, stelde de staat in 1831 een landelijk tarievenstelsel in. Degenen die in dienst van de staat reisden en boeren die hun bedrijf in de buurt van de tol hadden, hoefden geen tol te betalen.
In de tweede helft van de negentiende eeuw werd de tolweg doorgesneden door een dubbele spoorweg. In 1864 werd de spoorverbinding Utrecht – Arnhem geopend en in 1870 kwam de verbinding Utrecht – Den Bosch tot stand met veel wachttijden voor de passanten als gevolg. De beide spoorwegovergangen werden bediend vanuit een hoger gelegen seinhuis.
In 1899 werden de tolheffingen op de rijkswegen afgeschaft, maar op de provinciale wegen verdwenen de laatst overgebleven tollen pas in 1953. De invoering van de wegen- en motorrijtuigenbelasting betekende het definitieve eind van het innen van de tolgelden.
In de loop der tijd kwamen meerdere ontsluitingswegen naar het zuiden van de provincie. Daardoor raakte het Oude Houtensepad in onbruik en werden de spoorwegovergangen overbodig. In de jaren zeventig van de vorige eeuw werden de overgangen opgeheven. Het Oude Houtensepad werd een doodlopende weg. [Vroeger] was er toen niet het excuus “ik heb voor het spoor moeten wachten”.
Foto 1: Tolhuis Houtense Zandwege, omstreeks 1905
Foto 2: Overgang Houtense Zandweg, 1949
Tarief der Tolregten
Tarieven der tollen op ‘s Rijks grote wegen. Gezien de rapporten van onze ministers van Financiën en van Binnenlandse Zaken Den Raad van State gehoord, herzien ons besluit van den 22 Maart 1831, No. 95 hebben besloten en besluiten:
Artikel 1
Bij de aankomst aan den tolpaal of den tolboom, op ‘s Rijks grote wegen, zal voor tol moeten betaald worden
– Voor elk los paar of muilezel fl. ,05
– Voor elk los runderbeest of ezel fl. ,015
– Voor elk kalf, schaap of varken fl. ,01
– Voor een kudde schapen of varkens fl. ,50
– Voor elke bok, geit of hond, gespannen voor een rij- of voertuig met wielen fl. ,03
– Voor rijtuigen of voertuigen met twee wielen, mitsgaders sleden, voor aangespannen paard, muilezel, ezel of runderbeest fl. ,50
– Voor […] voertuigen met vier wielen voor als […] fl. 1,0
– Voor overheids- en postwagens ingerigt voor niet meer dan zes personen voor elk paard fl. 1,0
Vrijstelling van het betalen degenen die in dienst van de staat reisd en boeren als zij hun bedrijf in de buurt van de tol hebben.