Westraven
De wortels van Westraven lagen aan de overkant van de Vaartse Rijn (1661). Reeds in 1844 begonnen de gebruik. Ravesteyn aan de Jutfaseweg met de productie van handbeschilderde Oud-hollandse tegels. In 1920 verplaatste men het bedrijf, inmiddels uitgebreid met potterie- en bouwceramiek, naar Helling 112. Hardwerkende vakmensen en kunstenaars zorgden voor de groei en bloei en export naar velerlei landen.
Miljoenen stuks aardwerk werden geproduceerd. Uitzonderlijk waren de “gouden daktegels” voor een koepelmausoleum in Haïfa. Ieder Nederlands gezin had of heeft wel iets van Westraven in huis. In 1923 begon met het persen van decoratieve reliëftegels. Na 1930 werd de potterie-afdeling flink uitgebreid en samengewerkt met kunstenaars als Cris Agterberg. De Utrechtse graficus Koos van der Sluijs kreeg na de oorlog de ruimte om met tegelontwerpen te experimenteren.
Door afnemende vraag naar ambachtelijke producten kwam de fabriek in de jaren '60 voor problemen te staan. De fabriek werd overgenomen door de Porceleyne Fles en werd in 1985 gesloopt.